De weging van toezichtervaringen met een vergunninghouder is er met name op gericht te bepalen of er bij vergunningverlening aanleiding is om bijzondere voorschriften of beperkingen op te leggen, bijvoorbeeld met betrekking tot de categorieën genoemd in artikel 2.1, lid 1, van het Besluit kansspelen op afstand. Ook kan de raad van bestuur besluiten om na vergunningverlening tijdelijk gerichter toezicht te houden. Tot slot kunnen toezichtantecedenten leiden tot weigering van een aanvraag op grond van artikelen 31c en 31h van de wet.