In artikel 3.1.12, zesde lid, onder f, Beleidsregel verantwoord spelen 2024 wordt als signaal genoemd het aanwenden van meer dan 30% van zijn liquide gelden (het vermogen van de speler, zoals spaargeld) voor deelname aan kansspelen. Daarbij is relevant het moment waarop vergunninghouder de financiële check doet en inzicht krijgt in de liquide gelden. Hij weet wat op dat moment 30% van dat totaal aan liquide gelden is. Liquide gelden zijn uitdrukkelijk geen onderdeel van het maandelijkse inkomen als bedoeld in 3.1.12, zesde lid, onder e, Beleidsregels verantwoord spelen 2024. Als een speler meer dan 30% van zijn liquide gelden wil aanwenden voor deelneming aan kansspelen moet een aanbieder opnieuw nagaan of de speler nog steeds de gevolgen van zijn speelgedrag kan dragen. De aanbieder moet op grond van zijn zorgplicht hierbij ook andere, niet financiële signalen, betrekken in zijn beoordeling.