15 oktober 2018
Er is bij marktpartijen in de game- en goksector en andere betrokkenen, zoals zorginstellingen en verslavingsdeskundigen, draagvlak om de komende tijd verder te praten over de risico’s als gevolg van de vermenging tussen gaming en gambling. Dat bleek vandaag (maandag 15 oktober 2018) tijdens de bijeenkomst Gaming en gambling: het moet wel een spelletje blijven. René Jansen, voorzitter van de Kansspelautoriteit: ‘Het is belangrijk om met elkaar te kijken waar de problemen precies zitten en hoe daar het best op te reageren.’
Joop Pot, bestuurslid van de Ksa, opende de middag. Hij concludeerde dat, gezien de opkomst en het grote aantal aanmeldingen dat de Ksa kreeg voor de bijeenkomst, er duidelijk behoefte is om van gedachten te wisselen over de toenemende vermenging van gaming en gambling. In de zaal zaten vertegenwoordigers van de game- en kansspelindustrie, spelontwikkelaars, advocaten en verslavingszorgdeskundigen.
Loot boxes
In zijn openingswoord noemde Pot de loot boxes als exponent van de trend dat er steeds meer gokelementen in spelletjes opduiken. Eerder dit jaar trok de Ksa aan de bel over deze schatkistjes in games die tegen betaling ('microtransacties') kunnen worden verkregen. Op wat er in de loot boxes zit, is geen invloed uit te oefenen. De Kansspelautoriteit concludeerde na onderzoek dat deze loot boxes soms, als ze buiten het spel om economische waarde vertegenwoordigen, in strijd zijn met de Wet op de kansspelen. Maar de Ksa waarschuwt ook voor loot boxes als ze niet in strijd zijn met de wet, omdat er aanwijzingen zijn dat ze kansspelverslaving in de hand werken (meer informatie over loot boxes). Pot noemde het ‘verheugend’ dat een aantal aanbieders, naar aanleiding van de waarschuwing van de Ksa aanpassingen deden aan hun spel. ‘Maar een aantal deed dat niet. Dat roept de vraag op in hoeverre we het aan de markt zelf over kunnen laten om geen schadelijke elementen in spelletjes te stoppen.'
Jan-Johan Belderok, Gamekings
Veel geld
Na Joop Pot zette Jan-Johan ( 'JJ') Belderok, hoofdredacteur van Gamekings, een platform voor gamers, uiteen dat er enorm veel geld omgaat in de game-industrie. Alleen in Nederland is de omzet al ruim 1 miljard euro – en daarmee gaat er meer geld in games om dan in films of in muziek. De spelletjesindustrie is in korte tijd explosief gegroeid. Belderok liet ook zien dat gamebedrijven inmiddels meer verdienen aan microtransacties tijdens spelletjes, bijvoorbeeld de aanschaf van een loot box of een card pack, dan met de verkoop van de spellen zelf. Over hoe het komt dat er zo veel geld wordt verdiend met games was Belderok ook duidelijk: ‘Anno nu is de online identiteit van jongeren misschien wel net zo belangrijk als hun offline identiteit. Vroeger ging het om dat merk van die broek of dat type sneakers. Nu gaat het er óók om hoe goed je in een game bent, daar wordt status aan ontleend. Als je dan de keus hebt snel beter te worden door microtransacties te doen, dan is de verleiding groot.’
Niet eerlijk
De hoofdredacteur van Gamekings vertelde ook dat competitiegamers een enorme hekel hebben aan vormen van microtransacties, zoals het kopen van loot boxes en card packs. ‘Het kansspelelement zelf boeit gamers totaal niet, maar ze vinden pay to win gewoon niet eerlijk. Gamers willen winnen als gevolg van vaardigheid, niet omdat iemand z’n portemonnee trekt.’
Belderok lichtte ook toe dat de grote gamebedrijven, die vaak mondiaal opereren, gamers vaak bijna dwingen tot het doen van microtransacties, bijvoorbeeld door de voortgang in een game zonder microtransacties taai of traag maken. ‘De vraag is hoe zich dit gaat ontwikkelen. De commerciële druk voor gamebedrijven is groot, maar ze kunnen het zich tegelijkertijd niet veroorloven gamers tegen zich in het harnas te jagen.’
Influencers
Ook in het aan de man brengen van games is veel veranderd, lichtte Belderok toe. ‘Tot voor enkele jaren geleden werden games gepresenteerd aan gespecialiseerde journalisten. Die beoordeelden een game kritisch en schreven er vervolgens over. Nu zie je dat influencers, jongeren met soms honderdduizenden volgers op sociale media zoals YouTube, worden uitgenodigd om de game te spelen. Die maken daar dan enthousiaste filmpjes over en posten die. Gratis reclame is dat. Kritische journalisten komen er niet meer aan te pas.’
Scheiding
Dick de Bruin, als research partner verbonden aan de Ksa, zorgde voor de wetenschappelijke noot van de middag. Hij deed eerder een literatuurstudie in opdracht van de Ksa naar de vermenging van gaming en gambling. In een interview op deze site deed hij zijn bevindingen uit de doeken. Die komt er in grote lijnen op neer dat de vermenging van gaming en gambling zich in veel hoedanigheden voordoet en dat er steeds minder sprake is van een scheiding tussen het spelen van een spelletje en gokken. Hij pleit voor meer onderzoek. Hoewel er al wel het nodige onderzoek is verricht, is er ook heel veel nog niet bekend, aldus De Bruin. Met name de situatie in Nederland is nog onontgonnen terrein - en gokken heeft veel cultureel bepaalde elementen in zich.
Gezamenlijke verantwoordelijkheid
In de discussie die volgde kwam naar voren dat er door de aanwezigen heel duidelijk een gezamenlijke verantwoordelijkheid wordt gezien om de onmiskenbare vermenging van gaming en gambling die plaatsvindt in goede banen te leiden. Van het uitgangspunt dat minderjarigen niet aan kansspelen moeten worden blootgesteld is iedereen wel overtuigd. In de stelling dat ouders een verantwoordelijkheid hebben om mee te kijken met hun gamende kinderen, konden velen zich eveneens tot op zekere hoogte vinden, evenals in de stelling dat voorlichting op bijvoorbeeld scholen kan helpen.
Discussie
De stelling ‘De gamesector neemt op dit moment voldoende maatregelen om kansspelverslaving tegen te gaan’ leverde veel discussie op. Aan de ene kant werd het commerciële gewin waardoor de grote gamebedrijven door de aandeelhouders worden gedreven genoemd, aan de andere kant werd ook het voorbeeld aangehaald van een nieuwe game waarbij expliciet vermeld werd dat dit spel géén loot boxes bevat, als marketinguiting. In dit verband werd er ook op gewezen dat er in technisch opzicht heel veel mogelijk is om spelers te beschermen tegen kansspelelementen in games. In te regelen valt bijvoorbeeld dat minderjarigen ervan worden uitgesloten, maar de wil moet er wel zijn. Gezien de grote commerciële belangen die er spelen, vroeg menigeen zich af of bedrijven hiertoe vrijwillig willen overgaan.
Waardevol
René Jansen, sinds 1 oktober voorzitter van de Kansspelautoriteit, bedankte aan het einde van de bijeenkomst iedereen hartelijk voor de ‘waardevolle discussie’. ‘We hebben hier te maken met vraagstukken van innovatieve aard en met een innovatieve sector. Het is belangrijk om met elkaar te kijken waar de problemen precies zitten en hoe daar het best op te reageren. De Ksa heeft in ieder geval meer inzicht gekregen. Ik constateer ook dat er groot draagvlak is om verder te praten.’