De Kansspelautoriteit (Ksa) heeft verzamelde (gepseudonomiseerde) spelersdata gebruikt om indicatoren van risicovol gokgedrag in kaart te kunnen brengen. Met de uitkomsten van het onderzoek kan de toezichthouder de verschillende vergunninghouders onderling vergelijken op andere vlakken dan alleen extreme verliezen.
Gokproblematiek en overmatig gokken worden vaak in verband gebracht met het verlies van hoge geldbedragen. Het verspelen van veel geld kan inderdaad een indicator van risicovol gokgedrag zijn, maar ook andere indicatoren spelen een belangrijke rol bij het opsporen van probleemspelers, zoals speelduur of veranderingen in speelgedrag (bijvoorbeeld steeds vaker of op ongebruikelijke tijdstippen gokken).
Kansspelaanbieders met een vergunning hebben een verplichte datakluis (CDB) waarin gepseudonimiseerde spelers- en transactiedata wordt opgeslagen. De Ksa heeft deze data geanalyseerd om risicovol speelgedrag in kaart te brengen, te kijken naar (het nut van) toegepaste interventies door aanbieders en om de verschillende aanbieders met elkaar te vergelijken.
Bij het onderzoek is gekeken naar verschillende indicatoren van problematisch gokken: intensiteit (veel dagen gegokt, of veel geld verloren), controleverlies (aantal stortingen per dag), toename in gokgedrag (vaker of langer gokken, meer geld uitgeven), gekozen spel (bijvoorbeeld sportweddenschappen versus fruitautomaten) en interventies door de aanbieder. De analyses zijn uitgevoerd op basis van een jaar aan data uit de CDB
Door verschillende indicatoren met elkaar te vergelijken of aan elkaar te koppelen deed de Ksa veel nieuwe, interessante inzichten op. Zo wordt ’s nachts spelen over het algemeen gezien als een belangrijke indicator van risicovol gokgedrag. Uit de data blijkt dat spelers ’s nachts vaker casinospellen spelen dan sportweddenschappen. Dat kan betekenen dat casinospellen risicovoller zijn dan sportweddenschappen. Tegelijk kan het betekenen dat het ’s nachts afsluiten van sportweddenschappen een sterkere indicator is voor risicovol gedrag: dit komt minder vaak voor en wijkt sterker af van de norm.
De Ksa kijkt nu hoe dit onderzoek en de daaruit opgedane bevindingen gebruikt kunnen worden door de toezichthouder om meer zicht te krijgen op mogelijke probleemspelers en de aanpak daarvan. Daarnaast wordt gekeken hoe de verkregen inzichten op andere manieren kunnen worden ingezet om het toezicht te verbeteren.