De Kansspelautoriteit (Ksa) gaat in bepaalde gevallen scherper toezicht houden op incidentele (ook wel: éénmalige) loterijen. Dit zijn loterijen die in de regel worden georganiseerd door lokale verenigingen, bijvoorbeeld de voetbalclub die een nieuwe kantine wil bouwen of de kerk die geld inzamelt voor de reparatie van het dak van het gebedshuis.
De reden voor de aanpassing van het beleid is dat het steeds vaker voorkomt dat de organiserende verenigingen of stichtingen de organisatie van de loterij in het geheel uitbesteden. Hierdoor is er niet altijd voldoende toezicht mogelijk.
Vergunning
Een vergunning voor een incidentele loterij is, anders dan voor een meerjarige loterij, relatief eenvoudig te verkrijgen: er hoeft niet aan veel voorwaarden te worden voldaan. De belangrijkste voorwaarde is dat minimaal 40 procent van de opbrengst van de loterij aan een ‘doel van algemeen belang (sport en welzijn, cultuur, onderwijs en wetenschap, natuur en milieu, zorg, ontwikkelingssamenwerking, dierenwelzijn)’ wordt afgedragen.
Geen relatie
Er zijn sinds kort partijen op de markt die in opdracht van goede doelen de hele organisatie van de incidentele loterij verzorgen. De vergunning wordt aangevraagd door de lokale club of stichting, maar de loterij zelf wordt uitgevoerd door een derde partij. De Ksa heeft in deze gevallen geen relatie met de partij die de loterij uitvoert. Hierdoor is niet vast te stellen of de gang van zaken eerlijk is. Ook is niet altijd voldoende zicht op de geldstromen.
Verantwoordelijk
In de huidige regelgeving gelden er geen voorwaarden voor de uitbesteding van de loterij. De Ksa past dit aan door expliciet te maken dat de vergunninghouder te allen tijde verantwoordelijk is voor de naleving van de vergunningvoorschriften. Hiervoor moeten vergunninghouder en de uitvoerder van de loterij een schriftelijke overeenkomst vaststellen. Ook wordt het voor de Ksa mogelijk voorwaarden te stellen als er het vermoeden is van risicovolle uitbestedingsconstructies.
Zie ook
Incidentele (of: eenmalige) loterijen