28 november 2019
De Kansspelautoriteit (Ksa) en Anonieme Gokkers Omgeving Gokkers (AGOG) hebben gezamenlijk onderzoek gedaan naar gokproblematiek en de effecten van zelfhulp bij gokverslaving.
Voor het onderzoek is een online enquête uitgezet onder circa tweehonderd AGOG-deelnemers. AGOG is een zelfhulporganisatie die wekelijks bijeenkomsten organiseert voor lotgenoten. AGOG leverde de respondenten, de Ksa analyseerde de verzamelde data.
Bevindingen
Er zijn aan AGOG-deelnemers 223 inlogcodes uitgedeeld voor de enquête. Voor een deel zijn AGOG-deelnemers ook in behandeling bij reguliere zorginstellingen voor hun gokverslaving. 86 personen (39 procent) vulden de enquête in. Op basis van dit percentage kan niet worden geconcludeerd dat de resultaten representatief zijn voor de hele AGOG-populatie. Een paar algemene bevindingen: de AGOG-deelnemer is meestal man (93 procent), vijftig procent heeft een opleiding op HBO/WO-niveau en de meeste personen (28 procent) zijn tussen de dertig en veertig jaar. Van de respondenten gaf een derde aan in het jaar voordat zij hulp zochten, gemiddeld twee tot drie keer per week te gokken. Eveneens een derde deel gokte vier tot zes keer per week. Een kwart deel gokte dagelijks. Meestal (67 procent) wordt op kansspelautomaten gespeeld. Bijna de helft van de respondenten besteedde maandelijks meer dan duizend euro.
Meer inzicht
Bij het onderzoek sneed het mes aan twee kanten. De Ksa kreeg door het onderzoek meer inzicht in aard en omvang van kansspelproblematiek en in gokgedrag. De toezichthouder op de markt voor de kansspelen gebruikt de resultaten voor het opstellen van de jaarlijkse marktscan en in algemene zin voor beleidsontwikkeling. AGOG kreeg door de enquête meer inzicht in het functioneren van de eigen organisatie en in het middel zelfhulp. De methode die AGOG aanbiedt wordt ervaren als effectief. Voormalige gokkers, die voordat ze zich bij AGOG aanmeldden al vaak hadden geprobeerd te stoppen, zijn na deelname aan de AGOG-bijeenkomsten langdurig gokvrij.