De (online) kansspelmarkt is in het formatieproces in Den Haag waarschijnlijk geen ‘hot topic’, maar de (politieke) aandacht voor kansspelen en de risico’s die daarmee gepaard gaan, groeit. Dat is niet verwonderlijk: verhalen van spelers die door hun gokgedrag in de problemen zijn geraakt, komen met enige regelmaat voorbij. Dat soort excessen is onacceptabel, en het is zonder meer goed dat daar aandacht voor is. Toch blijft het ook van belang niet alleen in te zoomen op specifieke gevallen, maar zaken ook in het juiste – wat breder - perspectief te plaatsen en de markt van bovenaf te bezien.
Dat begint bij een onderwerp dat direct raakt aan de eerder genoemde excessen: het toezicht door de Kansspelautoriteit (Ksa). Eerder dit jaar bracht de Consumentenbond onder de aandacht dat de Ksa door gebrek aan valse ID-bewijzen geen zicht heeft op wat er bij aanbieders achter de inlog-muur gebeurt. Ook het tv-programma Kassa haakte daar onlangs op in. Kon het zo zijn dat de toezichthouder helemaal geen zicht heeft op wat er bij de aanbieders achter de voordeur gebeurt? Een zeer terechte vraag.
Het antwoord erop is minder schokkend dan het op het eerste gezicht lijkt: nee, de Ksa hoeft niet spreekwoordelijk met een telelens in de bosjes te liggen om te proberen achter die deur te kijken. Wel is het zo dat Ksa-inspecteurs, door gebrek aan toegang tot valse ID-bewijzen (gekoppeld aan gefingeerde bankrekeningen), geen ‘verhulde’ toegang tot legale goksites krijgen en geen stortingen kunnen doen, waardoor ze zelf niet kunnen deelnemen aan gokspellen.
Dit probleem hebben we afgelopen jaar in de zomer bij minister Weerwind voor Rechtsbescherming aangekaart in onze wetgevingsbrief en daar zijn we over in gesprek. We kunnen via de datakluizen (CDB’s) van aanbieders achteraf onder meer zien hoe ze met hun spelers omgaan. Makkelijk en volledig is dat echter niet en het is niet ideaal, dit zoeken in de data-‘hooiberg’. Ik wil er niet omheen draaien, we zouden veel slagvaardiger kunnen werken met behulp van ‘mystery shopping’. Juist omdat we dan beter inzicht hebben in de (marketing)technieken die aanbieders gebruiken om spelers binnen te halen én te houden.
Het binden van spelers kwam ook in het onderzoek van de Consumentenbond terug: aanbieders zouden spelers met verboden trucs aanzetten tot overmatig gokken. Het is goed dat er aandacht is voor de verleidingstechnieken die aanbieders gebruiken, maar een belangrijk deel van de trucs en technieken die in het onderzoek naar voren kwam, bleek niet per se een overtreding. Dat betekent niet dat we dit soort gedrag niet zouden afkeuren: iets kan schadelijk zijn zonder dat het illegaal is. Wanneer deze zaken onder onze aandacht worden gebracht of we ze zelf constateren, nemen we die nadrukkelijk mee in gesprekken met aanbieders.
Over die gesprekken met aanbieders is eveneens het een en ander te doen. In hoeverre kun je als toezichthouder in gesprek met de markt(partijen) die je ook op de vingers moet kunnen tikken? Zijn aanbieders teveel betrokken bij de totstandkoming van wet- en regelgeving? Recent hebben we bekendgemaakt dat onze vernieuwde Beleidsregels verantwoord spelen ter consultatie voorlagen bij belanghebbende partijen. In deze beleidsregels geven we, onder andere, meer richting aan de invulling van de zorgplicht door aanbieders. Is het verstandig hen daar over mee te laten praten?
Ook daar is de situatie iets genuanceerder dan soms wordt gesuggereerd. Ja, aanbieders krijgen inzage in de voorgestelde wijzigingen (maar ook andere partijen, zoals juristen, ministeries en natuurlijk deskundigen op het gebied van verslaving en de preventie daarvan). Nee, dat betekent echter niet dat we voorstellen gaan uitkleden of schrappen omdat ze voor aanbieders onwelgevallig zijn.
Het betekent wél dat we aanbieders vragen welke mogelijke problemen zij zien bij de uitvoerbaarheid van de voorstellen in de praktijk. Want wanneer we regels opleggen die vervolgens onduidelijk of onuitvoerbaar zijn, schieten we daar onder de streep nog steeds niets mee op. Terwijl het van belang is dat we de zorgplicht zo snel en effectief mogelijk aanscherpen. Luchtkastelen bouwen heeft dan geen zin.
Ontwikkelingen en gebeurtenissen in het juiste perspectief plaatsen, is de basis voor dit blog. Dat betekent ook weleens dat je niet alleen naar buiten, maar juist ook naar binnen kijkt. Dat geldt in de eerste plaats natuurlijk ook voor ons als Kansspelautoriteit. Naar aanleiding van de verschillende excessen die we hebben gezien, hebben we niet alleen in brede zin gekeken naar de invulling van de zorgplicht, maar ook een stevig onderzoek naar specifieke online aanbieders gestart. Bij vaststelling van overtredingen kan dit leiden tot serieuze sancties.
Zo’n sanctietraject is effectief en werkt preventief, want de portemonnee is vaak waar het pijn doet. Het is echter tijdrovend en daarmee een proces van lange adem. Daarom gaan we ook meer inzetten op het maken van ‘korte klappen’. Wanneer we bijvoorbeeld signalen krijgen over aanbieders die hun boekje mogelijk ver te buiten gaan, kunnen we meteen bij hen aankloppen. Wat is hier gebeurd, wat heb je gedaan om het te voorkomen en in hoeverre heb je verwijtbaar gehandeld of nagelaten te handelen? Op die manier weet de aanbieder dat hij onder een vergrootglas ligt. Door over dit soort gesprekken en waarschuwingen te communiceren laten we bovendien aan andere aanbieders zien wat we wenselijk of onwenselijk vinden en hoe we met signalen van buitenaf om gaan.
Tot slot kan ik het in dit kader niet laten nog eens te benadrukken dat aanbieders zich bewust moeten zijn van het feit dat het vizier nadrukkelijk op hen gericht is. Ik heb het al eerder aangegeven: de grote (negatieve) aandacht voor de markt ontstaat mede door het eigen handelen van online aanbieders. Excessen kunnen zich in veel gevallen alleen voordoen omdat de speler met controleverlies de gelegenheid krijgt om door te spelen. Omdat een aanbieder niet snel genoeg ingrijpt, of niet de juiste maatregelen neemt.
Ik ben nog steeds overtuigd van de toegevoegde waarde van een legale markt, maar het is primair aan de aanbieders om dat waar te maken. Niet alleen aanbieders, ook de Ksa zelf heeft haar rol in deze natuurlijk waar te maken. Dat doen we niet alleen met mooie praatjes, maar ook met gericht toezicht en de juiste maatregelen. Onze inzet zal zijn om dat in de komende maanden op te schalen. Want of je nou in close-up of met vogelperspectief kijkt, veilig spelen zou altijd voorop moeten staan!